19 juni 2024

29-Rotsbogen

Moab is een levendig stadje. Om 5:00 wordt ik dan ook gewekt door het kletteren van vuilnisbakken en containers, en door de iets te luid pratende Indiase overburen. Leni heeft oordopjes in en slaapt overal doorheen. Ik ga douchen. Slapen lukt toch niet meer en na een paar douche-loze dagen is dat erg plezierig. Als ik terugkom is Leni ook wakker.Het is nog frisjes en we doen onze hoodies aan.

Utah is een dino-staat. Bij Hanksville was een grote dino-quarry maar de weg er heen was zo slecht dat we het niet eens probeerden. Verder zijn er hier talloze dino- tracks te vinden. Ook heeft een speciaal soort velociraptor de naam Utahraptor gekregen.

We rijden noordwaarts naar het nieuwe Utahraptop Statepark. Op internet had ik al gevonden dat het in aanbouw was. Dat bleek ook zo te zijn: Road Closed. Jammer. Door naar een groepje dino-sporen. We slaan af naar een redelijke gravelweg maar met tandenklapperende washboards, ondanks langzaam rijden en van links naar rechts slingeren om de goede stukken weg uit te zoeken. Na 2 mijl waren we bij het begin van de korte trail. Op een vlak en hard stuk steen, dat miljoenen jaren geleden een klei- of moddervlakte was waren duidelijk de dikke olifant- achtige  pootafdrukken van een diplodocus en de poot met drie tenen van een roof-dinosaurus te zien. Onze fantasie ging even een miljoen jaar terug.
Soort velociraptor en mijn voet

De diplodocus wil niet rechtop staan, dus telefoon draaien

Daarna naar de Potash Road bij Moab. Aan het begin van de weg, die de loop van de Colorado rivier door zijn okerkleurige canyon volgt, zien we een enorm terrein met bruine aarde die door tankautos met water  vochtig gehouden wordt, zodat het niet gaat stuiven. Het is afvalzand en gesteente uit een uraniummijn die hier vanaf 1952 heeft gestaan.. Een bassin  met laagradioactieve modder is al opgeruimd maar dit spul moet ook weg vanwege de hoge concentratie ammoniak. Er ligt een spoorlijn langs. Vrachtwagens met containers worden volgeladen en de containers worden daarna op de trein geplaatst. Het ziet er uit als een werk van jaren. Verderop, aan het eind van de weg is een bedrijf dat potas wint op 1000 meter diepte. In het bruine landschap liggen verdampingsvijvers waarin de met water opgepompte zouten door verdamping weer teruggewonnen wordt.

Wat hebben we daar dan te zoeken? De  route langs de Colorado is adembenemend mooi met diep-oker gekleurde rotsen. Verder zie je in het rotslandschap overal het ontstaan van rotsbogen die zo kenmerkend zijn voor deze streek. Je ziet een proces van miljoenen jaren aan de gang.

De rotsen hebben geregeld een laag van zwarte "Desertvarnish", een oxidelaag waarin vroegere Indianen graag rotstekeningen maakten. Door de krassen kwam de lichtere onderliggende rode steenkleur weer naar voren. Er zijn langs de weg twee plekken met Petroglyps, hoog op de rotsen. Ze moeten destijds een soort ladders gebruikt hebben. Met een zoomlens of een verrekijker zijn ze goed te bekijken.

Om 11:00 stoppen we bij de trailhead voor de wandeling naar twee rotsbogen in het achterland. In het Nationale Park Arches zijn er tientallen waar je bijna met een auto langs kunt rijden. Deze twee, de Corona- en de Bowtie  Arch zijn gratis, maar je moet er wel zelf naar toe lopen, ca 3 km heen en dat vinden we leuker. Dan is het jouw zelf-ontdekte boog, niet een boog die je met honderden moet delen.

Het is elf uur, dus al warm. Gelukkig zijn er onderweg enkele schaduwplekken onder bomen en rotsen. We nemen twee grote flessen water mee maar al snel gaat het pad door open terrein met brandendhete rotsen. Na een paar km moeten we langs een ketting en verderop een ladder een steil stuk rots op. Dat is zwaar maar kort daarop is er een overhangende rotswand waaronder we kunnen afkoelen. Er zitten daar ook enkele andere wandelaars bij te komen voor de laatste etappe. We zien de rotsbogen dan al liggen en ze zijn prachtig, zeker zo mooi als die in het Park.
Bowtie Arch

Eerst lopen we over gele en rode rotsen naar de Bowtie Arch. Het is eigenlijk een koepel waarvan een deel van de achterkant is weg-geerodeerd, waardoor er een soort open dakraam is ontstaan. De tweede boog staat bijna helemaal vrij, vele tientallen meters hoog en breed. Hij werpt een donkere streep schaduw onder zich waarin het heerlijk afkoelen en bijkomen is. Er waait ook nog een verkoelend briesje. We zitten en lopen er zeker een half uur.
De Corona Arch. Uitzoomen om Leni op de voorgrond te zien

Op de terugweg zijn bijna alle schaduwplekken verdwenen en we beklagen de enkeling die nu nog op pad gaat. Het is 32 graden.

Terug in Moab een smoothie. Op het terras van het koffietentje vergapen we ons aan de bizarre voertuigen die voorbij komen: heel lange vrachtwagens met dito lange aanhangers, een truck die twee andere trucks als aanhanger heeft, zo van de fabriek, een tientallen meters lange transport Exceptionelle met een militaire tank. Het aantal wielen kon ik niet tellen, auto met zwaailicht er achteraan, trikes met twee wielen voor of twee wielen achter en natuurlijk de "gewone" Peterbilts met hun verchroomde uitlaatpijpen

Daarna douchen op de camping. Behoorlijk moe. Vanavond als beloning naar Dewey's, de opvolger van Eddy McStiff, een horecaondernemer uit Moab die al vanaf 1990 tientallen kleine bieren uit de omgeving op tap had. Verder goed eten voor schappelijke prijs. Het heet nu Dewey's.  Ik weet niet wat er met Eddy gebeurd is maar ik zoek het uit