21 juni 2024

30-Zuidwaarts

Highway 191 South. Weinig verkeer. 80 mile naar het zuiden. De cruisecontrol staat op 55. Canned Heat zingt On the Road Again. Rechts van ons ligt vlak land en heldere lucht, links van ons liggen de La Sal Mountains. Boven de bergen hangen onweerswolken en ze schuiven naderbij.

Vanmorgen afscheid genomen van Moab, een dorpje met stadse allures. Alles is hier te krijgen. Vanmorgen om 5:30  was het al 22 graden. Warme nacht. We doen boodschappen, tanken, drinken koffie en gaan op pad. De muziek op mijn telefoon speelt via de radio. Sweet Hitcha-hiker knalt uit de luidsprekers. Het was  CCR's  laatste goeie nummer. Daarna kwam er inspraak in, moest John Fogerty ruimte inleveren en  werd het niks. Doodzonde.

We passeren de Wilson Arch en stoppen even langs de weg. Verderop slaan we af naar de Newspaper Rock, een zeer fraai voorbeeld van Petroglyphs. Het bijzondere is dat we eigenlijk nog heel weinig afweten van de betekenis van de symbolen. Vormen ze een verhaal of een kalender of zijn ze magisch om de jacht te bevorderen? Juist het feit dat we dat niet weten maakt ze zo intrigerend, alsof het een taal is van een andere planeet.

Ik stel voor om nog wat verder langs de route te rijden, die naar een afgelegen deel van Canyonland National Park leidt. Vooral het eerste stuk door allerlei canyons is erg mooi. Verderop wordt het wat minder en uiteindelijk keren we om, terug naar de hoofdweg. Bruce Springsteen begint met de harmonicaklanken van Thunder Road, een van mijn favoriete nummers. Zoals veel van zijn liedjes, gaat het over hoop en verlangen. Mooi en positief.

De plaatsnaam van Monticello doet denken aan een Italiaans zomerdrankje, maar het is een treurige plek waar we een snel, niet zo goed, kopje koffie drinken. De regenwolken schuiven ondertussen flink onze kant uit. Verderop in  Blanding horen we op het bezoekerscentrum dat er inderdaad buien aankomen. Een erg aardige behulpzame vrouw! Are you German, vraagt ze. Bijna goed. We informeren of er zuidelijk campings met een cabin zijn, maar nee. Ze waarschuwt ons nog: "We're very flooding sensitive". We willen allebei wel eens een flashflood zien, maar wel graag vanaf een veilige plek.

Rechtsaf naar Natural Bridges National Monument. Als we afslaan begint het te regenen, maar niet hard. De bodem krijgt nu een mooie intens rode kleur. Mooi, vooral vanuit de droge auto. Af en toe een bliksemflits maar niets heftigs.

In het National Monument zijn weer veel plaatsen gereserveerd zonder bezet te zijn. We kunnen toch een plekje krijgen. Het wordt droog en we zetten snel de tent op. We maken het avondeten al vast klaar en als de volgende bui er aan komt, kruipen we met een paar biertjes en wat pelpinda's  achter het stuur, zonder te rijden,  dat wel. Na een drie kwartier wordt het weer droog en ineens weer warm. Verderop klinkt opnieuw onweer.

Leni leest in de brochure dat het park op 2000 meter hoogte ligt en ik zet de tent daarom opnieuw, maar nu volgens het boekje op, met in alle lussen haringen. Het kan nat en koud worden vannacht. De dubbeldaks isolatie moet nu werken. De volgende bui lijkt over te trekken.

We maken een kort rondje langs de uitzichtpunten en kruipen om 21:15 in bed, iets vroeger dan normaal. Er komt weer een bui aan en dan kunnen we in elk geval droog de tent in.
Die nacht trekken er een flink aantal onweersbuien over het park, vergezeld van stevige rukwinden en wat lijkt op slagregen, maar in een tent lijkt het altijd veel  erger dan het is. We worden geregeld wakker, maar het is niet koud en slapen snel weer in.